Open des vins, Hourtin

2022-07-24

Index  < Vorige  Volgende >

Al enige jaren stond het “Open des vins” op mijn lijstje. Een toernooi in het zuidwesten van Frankrijk, in de Medoc. Beeld u zich even de kaart van Frankrijk in. De Atlantische kust wordt ergens onderbroken door een grote rivier, de Gironde. Daar meteen onder is de Medoc. Een streek waar veel wijn wordt geproduceerd. Waarom stond dit toernooi al een tijd op mijn lijstje? Omdat daar geen geldprijzen te winnen zijn, maar je gewicht in wijn. Ik zag foto's van vorige gelegenheden, waar prijswinnaars op een grote weegschaal zaten terwijl aan de andere kant dozen wijn worden gestapeld, en ik dacht: “dat wil ik ook meemaken!” En die wens zat zo diep dat ik zelfs het Fishpartners Open ervoor liet schieten voor deze keer. 

En dus togen Margriet en ik precies op het moment dat 2022 een half jaar oud was, namelijk op 1 juli om 0.00 uur richting Hourtin, het stadje waar het toernooi tegenwoordig gehouden wordt. In het verleden was het in Naujac sur Mer, waar het organiserende echtpaar Julius en Rike Armas ooit een camping exploiteerde. Die camping is verkocht, het toernooi is gelukkig behouden gebleven. Volgend jaar is de 25e editie. 

Kleintjes worden groot, dus we gingen voor het eerst samen op vakantie. Dat betekent extra ruimte in de auto zodat de passagiersstoel naar achteren kon zodat degene die niet reed even kon tukken. En zo arriveerden we redelijk uitgerust aan het begin van de middag bij de camping. Die leek geheel verlaten. Het hoogseizoen was nog niet begonnen. Dat heeft overigens allerlei voordelen, zoals niet wachten voor toilet of douche, geen drukte in het zwembad en een vrij uitzicht omdat het veld aan de overkant leeg is. Zelf hadden we een tent gehuurd. Ik hoor nu de oren toeteren van degene bij wie ik vorig jaar mijn beklag deed over kamperen in een tent, maar dit was anders.  


Een mooie tent, met twee slaapkamers, redelijke bedden, een keuken met koelkast, magnetron en gasstel en een mooie veranda. Ook nog gunstig opgesteld, zodat we op het heetst van de dag op de veranda in de schaduw zaten. 

Hourtin is verdeeld in drie kernen. Hourtin Plage (bij de Atlantische Oceaan), Hourtin Bourg (de stad) en Hourtin Port, de haven bij het meer van Hourtin. Wij zaten in Port en daar was het schaaktoernooi ook, nu ja, op de eerste ronde na. We hadden de fietsen op de fietsendrager meegenomen. Wonderlijk vind ik dat. Zoveel lomp gewicht op die trekhaak en het blijft allemaal hangen. Ga je over een drempel, dan schudt de boel heen en weer, maar het blijft er allemaal op. Gelukkig maar, want we hebben goed gebruik gemaakt van onze ijzeren rossen. Heel fietsvriendelijk zijn ze er echter niet. Zo was er wel een fietspad langs de weg van Hourtin Port naar Hourtin Bourg, maar je moest wel stoppen bij iedere zijstraat. En als je de gok zou willen nemen omdat er toch nooit wat uit die zijstraat komt, dan nog kun je beter heel langzaam rijden, want bij iedere zijstraat liggen er drempeltjes in het fietspad. En als je op de openbare weg naast elkaar fietst kun je geclaxonneer verwachten. Dat is kennelijk niet de bedoeling in Frankrijk, ook al is er ruimte zat om in te halen. 

Tot zover het geklaag, want ik heb een paar geweldig leuke weken gehad in Frankrijk! 

We kregen vooraf bericht van de organisatie dat de eerste ronde niet in de beoogde speelzaal in Hourtin Port zou kunnen plaatsvinden. We moesten naar een zaaltje in Hourtin Bourg, naast de bioscoop.  

Een snikheet zaaltje. Het dak bijeengehouden met duct tape. Ik constateerde daar dat ik als vijfde geplaatst was. Een goede kans dus om bij de eerste zes te eindigen. Die zouden aan het eind van de rit op die weegschaal mogen zitten. De winnaar wint zijn gewicht in wijn, de nummer twee de helft van zijn gewicht enzovoort tot de nummer zes die een zesde van zijn gewicht in wijn zou meekrijgen. Daarnaast waren er ook nog ratingprijzen, veteranenprijzen, rondeprijzen en weet ik allemaal niet wat nog meer. Je moest het bont maken om niet in de prijzen te vallen! De als eerste geplaatste was grootmeester Paul Velten, inderdaad, die heeft nog twee wedstrijden voor En Passant 1 gespeeld in het afgelopen seizoen. Wel bijzonder, zo'n grootmeester daar, want die komen doorgaans alleen op geld af. En een zwaargewicht is Velten ook al niet, dus een enorme wijnvoorraad aanleggen wordt ook al moeilijk. Na Velten waren er twee IM's met toevallig allebei 2389 rating als tweede en derde geplaatst. Een daarvan was Merijn van Delft van landskampioen Apeldoorn. Die is bevriend met Julius en Rike, dus hij is daar vrijwel jaarlijks van de partij samen met zijn vriendin Evi Zickelbein. Als vierde geplaatst een knappe krullebol genaamd Remi Doyen, elo iets hoger dan die van mij. Na mij ging het hard omlaag met de elo's. De nummer zes geplaatste had 2118. Een redelijke kans dus om op die weegschaal terecht te komen, maar je weet het maar nooit natuurlijk! 

Geldprijzen kunnen makkelijk worden gedeeld, maar met flessen wijn is dat anders natuurlijk. Weerstandspunten kunnen bepalend zijn en daarom is het van belang om in ronde 1 het “moeilijkste makkie” te krijgen. Krijg je iemand die uiteindelijk 2 uit 9 haalt, dan levert die weinig weerstandspunten op. Maar gaat die tegenstander na de eerste ronde lekker scoren, dan kan dat aan het eind zomaar een hoop flessen wijn schelen! Het moeilijkste makkie is doorgaans een underrated jeugdspeler.  

Ik trof echter de 73-jarige Werner Mueller met een rating in de 1600, dus mijn verwachtingen qua weerstandspunten werden wat getemperd. Nou, dat viel uiteindelijk nog mee. Wel verbaasde ik me over het feit dat Werner een beetje lang doorspeelde, terwijl ik op het eind twee torens en een stuk voor stond. Daar bleek deze overigens vriendelijke man een bijzondere verklaring voor te hebben, die ik verwerkt heb in de partij-analyse... 

Mueller scoorde uiteindelijk 4 uit 9. Niet slecht voor iemand met 1600 en nogwat elo! 

Ronde 2 is in een toernooi als dit ook nog wel belangrijk qua verwerving van moeilijke makkies. Natuurlijk, 1600-spelers krijg je niet meer, maar 1900-spelers die de toerist uithangen kunnen ook een fluttoernooi spelen. Zo niet de Engelsman Barry Hymer. Die startte het toernooi dan wel matig, maar uiteindelijk kwam hij dankzij een eindsprint van 4 uit 4 nog op de weegschaal terecht! Die leverde me dus een boel weerstandspunten op. Leuke vent, die Barry. Na afloop een goed gesprek mee gehad, biertje gedronken en gebabbeld over van alles en nog wat. Hij vond het erg interessant dat ik Viktor Kortchnoi nog persoonlijk gekend heb bijvoorbeeld. Later sprak ik hem nog eens. Hij had via de familie Van Delft vernomen in welk een bijzonder gebouw mijn schaakclub speelt. Dat wil hij nog wel eens komen bezoeken in de toekomst! Dus wie weet. Overigens gingen wij na dit toernooi nog naar een andere camping. Daar bleek hij ook te zitten! Hij heeft op die camping gewoon een tweede huis, waar hij een maand of drie verblijft per jaar. Goed in de slappe was blijkbaar, want hij vertelde me dat hij, 61 jaar oud, al twee jaar met pensioen was. Dat maakte me nieuwsgierig en enig googlewerk leerde me dat hij professor is geweest aan de universiteit van Cumbria. Met andere woorden, ik had een vak moeten leren. Dan hoefde ik nog maar een paar jaar te werken... 

Barry stopte onder ander met werken omdat hij nog eens fanatiek aan zijn schaakniveau wil werken. Gelukkig kon ik hem er nog onder houden! 

Overigens deed ik (nog) niet aan voorbereiding voor de partij. Stellig voorgenomen om schaken niet langer als sport maar als spelletje te beoefenen. En dus trokken we er de ochtend voor deze partij op uit. Een rondje fietsen om het meer van Hourtin. We begrepen van de receptioniste dat het zestien kilometer zou zijn. Leuk rondje. Het bleken er zowat zestig te zijn! Een verschil van “sixteen” en “sixty”. Soms hoor je het verschil niet. Maar goed dat we heel vroeg waren vertrokken! 

De fietspaden rond het meer waren soms smal en het wegdek zat ook nog vol gaten. Veel op en af. Het was een mooie tocht, maar vanwege veel meer kilometers dan verwacht en het soms pittige parcours wel met een zere bips achter het bord die middag! 

Op maandag stond er een dubbele ronde op het menu. Eentje om 10:00 uur en eentje om 16:00 uur. In de derde ronde weer een 1900-speler, maar dit was wel een heel gevaarlijke klant. In ronde twee had deze Sebastien Lebon namelijk van Merijn van Delft gewonnen. Dat leverde hem een rondeprijs op, want per ronde kregen de drie grootste reuzendoders een prijs, meestal een fles wijn. Voor kinderen die voor zo'n prijs in aanmerking kwamen lagen er ook DVD's, maar nee hoor, ze pakten allemaal wijn. Pa en moe keken mee! 

Aan het eind van het toernooi zou Sebastien een nog grotere stunt uithalen. Geen koekenbakker dus, wiens lage elo alleen maar valt te verklaren doordat hij in Coronatijd geen partijen heeft kunnen spelen waarmee hij zijn rating zou kunnen opkrikken. Ik was dus gewaarschuwd, maar haalde gewoon weer mijn riskante openingetje van stal. Spijt! Weer een fles wijn voor Lebon... 

Een matige start, maar vanaf maandagmiddag begon het toernooi leuker te worden. Jean-Renaud Lagunes was mijn volgende tegenstander en die kreeg een aardige genadeklap... 

Wat zou u doen in deze stelling? 

Na afloop bij het analyseren verontschuldigde ik me voor het feit dat mijn Frans niet “très bien” is. “C’est meilleur que mon Hollandais!” luidde het antwoord van de sympathieke Fransman en daar zit wat in natuurlijk. Overigens viel me op dat de meeste Fransen tegenwoordig prima Engels kunnen. De ouderen, zoals Jean-Renaud en de botenverhuurder die later aan bod komt, hebben er wat meer moeite mee. Jean-Renaud komt overigens verderop in dit stuk ook nog eens aan bod! 

Ik was dan wel niet bezig met iedere ronde uitgebreid de opening voorbereiden; sommige van mijn tegenstanders deden dat duidelijk wel. Zo kwakte Mathieu Blanchet in ronde vijf de openingszetten heel snel en met enige branie op het bord. Na zijn 6.Pc3, waar 6.Lf4 veel vaker gespeeld wordt, kreeg ik argwaan. Hij had vast een potje Ftacnik – Vedder in zijn voorbereiding meegenomen. Ik verzon iets anders. Niet heel goed, maar goed genoeg om mijn opponent zijn huiswerk te verpesten. Overigens zaten Merijn van Delft en ik deze ronde zij aan zij, dus trommelde ik Margriet op om daar maar eens een plaatje van te schieten... 

Alleen drukte ze net op het knopje toen ik zat te hannesen met mijn leesbril... Achter mij, die jongen die omkijkt, zit Sebastien Lebon, de reuzendoder. 

Daarmee zat ik met 4 uit 5 weer tussen de toppers. Alleen Paul Velten ging er als een speer vandoor en had 5 uit 5. En aangezien ik nog geen enkele van die toppers gehad had zou ik nu mijn borst wel eens nat mogen maken. En jawel, het werd Remi Doyen. Moet ik dan niet voorbereiden? Er stond een toeristisch uitje naar een wijnboer, Chateau l’Inclassable, op het programma. Nou, heel uitgebreid voorbereiden was ik niet van plan, maar het kan geen kwaad even te bekijken wat Remi tegen 1.e4 en 1.d4 doet. Ik besloot de avond tevoren dat zijn repertoire tegen 1.d4 mij beter ligt en nam de beslissing de volgende middag met de damepion te openen. 

Maar eerst die wijnboer dus. We konden meerijden met Werner Mueller en zijn vrouw en twintig kilometer verderop kwamen we aan bij het Chateau. De dame des huizes kon honderduit vertellen over die gestampte druiven en leidde ons rond in haar Chateau. 

Er gaat vierhonderd liter in zo'n ton, dus daar ligt een aardige sloot wijn. En aan de andere kant van de schuur nog zo'n voorraad. En die dame links op de foto is niet de wijnboer, maar dat wist u wel he? 

Maar goed, 's middags stond er dus een belangrijk potje op het menu en ik zeg in alle bescheidenheid dat ik daar een puike prestatie afleverde. Met een lekkere dreun op f7! Ook wel weer eens lekker om een 2200-speler in te blikken. Een bevestiging dat ik het nog niet verleerd ben! 

We moesten natuurlijk ook nog eens naar de oceaan fietsen. Naar Hourtin Plage was het een dikke tien kilometer, dus dat moest kunnen. Wel een risico, want al voor de fietstocht om het meer van Hourtin zag ik dat mijn achterband al bijna geen profiel meer had. Zoveel slijtage, een verkeerd liggend steentje en je staat met een lekke band! Maar het ging allemaal prima. Eenmaal aangekomen aan de rand van het land kwamen we erachter dat de Atlantische Oceaan een heel stuk kouder is dan de Middellandse Zee. Dat nodigde niet echt uit tot zwemmen en qua strandtentjes valt het ook tegen, dus na een dik halfuur stapten we weer op de fiets.  

We gingen zo snel terug dat ik helemaal vergat een foto van de oceaan te maken. Dat maakte ik in de week na het toernooi goed toen we daar een zonsondergang beleefden met *spoiler alert!* een gewonnen fles wijn erbij. 

Dat snelle vertrek gaf mij toch de gelegenheid om te zien wat mijn volgende tegenstander, Internationaal Meester Vincent Colin uit Frankrijk, allemaal op zijn repertoire heeft staan. Van alles! Voorbereiden is geen doen. Voor de aardigheid vond ik nog wel een leuk systeempje voor het geval hij 1.e4, 2.d4 en 3.c4 zou doen. Dat deed hij niet, maar aan die voorbereiding had ik de volgende dag per ongeluk nog wat! 

De partij tegen Colin moest ik vooral niet verliezen. Mijn inschatting was dat 6,5 uit 9 goed zou zijn voor een plek op de weegschaal. Ik krijg ongetwijfeld de ongenaakbare Paul Velten nog, dus om de benodigde anderhalf punt te halen in de laatste drie ronden moest ik deze wel even keepen... Dat lukte, op hangen en wurgen... 

In ronde 8 moest ik met zwart tegen Paul Velten. Inderdaad, weer met zwart. Voorbereiden? Geen zin in. Margriet en ik zouden een bootje gaan huren en het meer van Hourtin overvaren.  

En dat was veel leuker dan voorbereiden, want voorbereiding komt toch zelden op het bord. En trouwens, ik kon dat variantje dat ik een dag eerder vond wel weer eens op het bord krijgen, want Velten doet ook wel eens die drie pionnen op een rijtje zetten... En als ik zou verliezen? Nou, dan kreeg ik wit in de laatste ronde tegen een zwakkere tegenstander. Met wit had ik 100%, dus die 6,5 punt zou er toch wel komen. Eigenlijk had ik niks te verliezen. Eerste worden zat er toch al niet meer in. 

Dat bootje huren was al op de kade een belevenis, want de verhuurder sprak echt nauwelijks Engels. Dus daar ging ik met mijn steenkolenfrans: “Nous voulons louer un boat” Ja, ik weet dat boat geen Frans is, maar het woord “bateau” schoot me even niet te binnen. “Avec permis?” Nee, ik heb geen vaarbewijs. Geeft niet, we kregen een leuk bootje mee dat maximaal 10 kilometer per uur vaart. Wel even schrikken van 800 euro borg betalen, maar dat kregen we gelukkig keurig terug. 

In dat meer van Hourtin zwemt ook vis. Er schijnen zelfs meervallen rond te zwemmen. Nou, dat hebben we gezien. Een week later op de andere camping was er ineens een drukte van belang bij de douches. Wat bleek? Een Duitser was een meerval aan het schoonmaken. 's Ochtends gevangen in het meer van Hourtin. Dik een meter lang. 

Van Paul Velten kreeg ik in de middag stevig tikken... 

Die nederlaag was niet onverwacht. Het betekende wel dat ik de laatste ronde moest winnen om op 6,5 uit 9 te komen en in het grootste doemscenario zou ik tegen Merijn van Delft moeten. Die staat dan wel in Beat the Masters, maar dat is geen garantie dat ik hem nog eens omkegel natuurlijk. Maar gelukkig, dat bleef mij bespaard. Mijn opponent werd weer een 1900-speler, genaamd Yoann le Montagner. De partij werd de volgende dag om 9:00 uur gespeeld. Dat is te vroeg voor een serieuze voorbereiding, maar ik zag dat hij Siciliaans speelt en wij Vedders hebben wel een variantje voor Siciliaansspelers waarvoor geen tijd is om voor te bereiden.  

Die laatste ronde is natuurlijk ook de dag waarop, als alles goed gaat, op de weegschaal plaatsgenomen moet worden. Hoe bereid je je daarop voor? Ik deed een riem door mijn broek, stak mijn sleutelbos in mijn zak en droeg schoenen in plaats van slippers. Kan net een fles schelen! Maar naar het toilet gaan dan? Een grote boodschap kan zomaar een fles kosten. Maar met buikkrampen schaken dan, is dat wat? Nee, ik besloot toch maar een fles aan het Franse riool te offeren. En een scheet laten dan? Die weegt toch niks? Nu ja, die weegt wel wat (Rick van Beek kan je wel voorrekenen hoeveel precies, ver achter de komma na eerst een hoop nullen) maar dat zal geen fles kosten. En als er een beetje materiaal mee naar buiten komt? Dat belandt in de onderbroek en dat weegt gewoon mee. Oké... prrrrt! Prrrrt? Ja prrrrt. Ik ben dat mannetje met die snor niet he? Als die ze liet was het van STOEP!! En dan maakte het hem niet uit of hij alleen was of in gezelschap. Een ruft laten in de kerk en dan omkijken met een gezicht van “wie deed dat?” Gelukkig nam moeders het leeuwendeel van de opvoeding van haar kroost voor haar rekening. Als een van de kinders een harde wind liet was het meteen van “Henk, man!” Ook als Henk niet de dader was 😊 

Overigens, qua hebberigheid voor het wegen kunnen andere schakers er ook wat van. Buiten was het 32 graden, maar ineens zag ik lange broeken, jassen, hoodies en weet ik wat allemaal achter de borden zitten. 

Om überhaupt gewogen te kunnen worden moest dat laatste potje wel gewonnen worden. Dat ging gelukkig lekker vlot... 

Dat ging allemaal vrij vlot en alle concurrenten waren nog bezig. Als alle uitslagen aan de bovenste borden gunstig zouden vallen zou ik nog tweede kunnen worden omdat ik best veel weerstandspunten had. Die moeilijke makkies, weet u nog? Dus als Velten gewoon weer zou winnen, Merijn van Delft remise zou maken tegen Remi Doyen en Vincent Colin niet zou verliezen van die met 2118 die ook 6 uit 8 had, zou ik zomaar tweede kunnen worden en de helft van mijn gewicht in wijn winnen. 

Ik ging eerst maar eens copieus lunchen met Margrietje ergens langs de haven. Toen ik na zo'n anderhalf uur terug was bleek alleen Vincent Colin de gewenste uitslag te hebben geproduceerd. Paul Velten, die al zeker was van de eerste prijs, verloor van Sebastien Lebon zodat die tweede werd met 7 punten. Merijn van Delft won ook en kwam daarmee ook op 7 punten. Hij werd derde op weerstandspunten. Remi Doyen, de als vierde geplaatste, piste zo naast de pot en ging zonder wijn huiswaarts. Voor mij was het dus afwachten of ik vierde, vijfde of zesde zou worden. Dat hing allemaal af van de weerstandspunten. Ik stond er goed voor, maar je weet nooit hoe dat gaat in zo'n laatste ronde. 

De prijsuitreiking stond gepland om 15:00 uur, maar o jee, de nachtmerrie van iedere toernooi-organisatie, een eindspel van dame plus pion tegen dame werd tot op het bot afgekloven. Als er één eindspel is dat een partij van 200 zetten kan opleveren is dat het wel. 49 zetten geschoven? Zwart speelt g6-g5 en we beginnen opnieuw te tellen voor de 50-zettenregel. 

Ik had belang bij een goede uitslag, want de zwartspeler (links achter het bord) is Jean-Renaud Lagunes, mijn tegenstander uit ronde 4. Hij had een pion meer en als hij wint... weer een weerstandspunt voor mij! Schuin achter Jean-Renaud staat overigens Barry Hymer met zijn handen in zijn zakken. Dus mocht ie daadwerkelijk eens langskomen bij EP... zo ziet hij eruit. Wat meer naar rechts ziet u Vincent Colin tussen de toeschouwers staan. Die heeft een Laurents van Twillert-achtig hoofd. De dame met jurk en de armen op de rug is Rike Wohlers – Armas, de organisator van dit leuke schaakfeest. Tijdens het toernooi werd ze 60.  

Ondertussen had ik een paar biertjes op en toen die voorraad op was ook een paar rosétjes. Kan zo een fles schelen bij de weging. Oppegement moest ik plassen, maar ik denk dat vertik ik! Kan zo een fles wijn kosten en aangezien het al na half vier was kon die partij toch niet zo lang meer duren? Maar het duurde wel lang. De witspeler had al een paar keer remise aangeboden in een stelling die op dat moment echt remise leek. Jean-Renaud weigerde. Er stond een veteranenprijs op het spel! Ik ging naar Rike met de suggestie: kun je die man niet omkopen met een fles wijn zodat hij remise aanneemt? “Ha”, zei Rike, “dat is zijn eigen wijn, hij is de sponsor!” 

En er verstreek meer tijd en ik moest steeds nodiger plassen. Uiteindelijk ging ik toch maar en ja hoor, dat zul je altijd zien. Eenmaal terug in de speelzaal promoveert Jean-Renaud zijn g-pion en ontvangt hij de felicitaties. Een fles wijn uitgepist, maar wel een weerstandspunt extra! 

Barry Hymer werd zesde. Hij woog 16 dozen wijn, ofwel 96 flessen. Hij kreeg een zesde deel en kon dus 16 flessen meenemen. Vincent Colin werd vijfde. Hij had precies één weerstandspunt minder dan ik. Ik heb niet opgelet toen geroepen werd wat hij won, maar hij was niet zo zwaar en ik vermoed dat hij niet veel meer won dan Barry Hymer.  

Ik werd dus vierde en daarmee ging een lang gekoesterde wens in vervulling... 

Kijk ze stapelen rechts! Dat zijn overigens van links naar rechts de wedstijdleider, bijna onzichtbaar een mannetje van de organisatie en Julius Armas, schaakgrootmeester in ruste en echtgenoot van Rike. Uiteindelijk werden dit ook zestien dozen en dus 96 flessen. Dat was op een van de laatste zaterdagmiddaginstuiven al voorspeld door Mart, die een volle fles rooie op de keukenweegschaal zette, en Jasper die mijn gewicht door dat getal deelde. Ik kreeg een kwart van mijn gewicht: 24 flessen. 

Merijn van Delft kreeg een derde van zijn gewicht en dat leverde 26 flessen op. Scharminkel... 

Sebastien Lebon kreeg de helft van zijn gewicht en ik heb helaas niet opgelet toen hij werd gewogen. 

Paul Velten woog 8 dozen en vier flessen, ofwel 52 flessen wijn.

Alle uitslagen en standen zijn te vinden op Fédération Française des Échecs (echecs.asso.fr)

Het is een gezellig en ontspannen toernooi in een prachtige omgeving. Als het niet samenvalt met Fishpartners ga ik er misschien nog wel eens heen.