EP elimineert Rivierenland!

2019-11-30

Index  < Vorige  Volgende >

Een bekerwedstrijd met puzzels

Vrijdag 29 november speelde titelverdediger En Passant in de eerste ronde van de SGS-beker tegen Rivierenland uit Tricht, bij Geldermalsen. Op rating was En Passant zwaar favoriet. Om te proberen wat bordpunten te sprokkelen speelden de Rivierenlanders in de omgekeerde speelsterkte, namelijk de sterkste speler op bord 4. Maar zelfs met deze opstelling was En Passant op alle borden op papier sterker. En Passant won dan ook, maar uit alle vier de partijen vielen mooie puzzelstellingen te halen. U kunt zich dus uitleven, de oplossingen zet ik onderaan dit verslag.

Richard Vedder zette En Passant op een 1-0 voorsprong. Tegenstander Gert Kampstra bediende zich van een ongebruikelijke openingsvariant die, als zwart zijn theorie een beetje kent, al snel tot nadeel voor wit leidt. En zo geschiedde, al snel won Vedder een pion. Die voorsprong ging mee naar het eindspel en na de veertigste zet van wit ontstond de volgende stelling:

Zwart is aan zet en het is tijd voor een plan. Zo’n plan zou 40…h5 kunnen zijn. Immers, door het vernaggelen van die witte pionnenstructuur ontneemt zwart zijn tegenstander zijn laatste restje tegenspel. Wat denkt u? Goed idee, dat h5? Of niet…

Pawel Piotrowski zette En Passant op 2-0. Tegenstander Wim Kruimer offerde op de 14e zet een pion in de verwachting die weer terug te winnen, maar daar vergiste hij zich in. Na de 19e zet van wit ontstond onderstaande stelling:

Zwart kan op c5 slaan met de toren of op b2 met de dame, maar in beide gevallen doet wit Dxa6 en blijft een pion voor. Kruimer sloeg op b2 en verloor uiteindelijk door een gebrek aan pionnen. De stuurlui aan de wal bogen zich echter in deze stelling over de zet 19…Pxe3. Wat denkt u? Heeft zwart hier een gouden kans gemist?

Robin Reichardt zorgde voor 3-0 na een aanvankelijk oersaai potje tegen Rudy Veenhoff. Alles werd geruild zodat er een pionneneindspel overbleef met een actieve koning voor Robin. Zou dat voldoende zijn voor de winst? Ja dus. Langzaam maar zeker werd er een hoop ballast weggeruild en na vijftig zetten stond het zo:

U speelt met wit. Wat is het juiste winstplan?

Rivierenland scoorde een eretreffer aan het derde bord. Dat zag er lange tijd niet naar uit, want Dick de Graaf kwam totaal gewonnen te staan tegen Jasper Straaten. Twee pionnen meer bij een prima stelling. Helaas kwam in tijdnood de klad erin. Na de 46e zet van wit stond het zo:

Dick staat met zwart nog steeds twee pionnen voor, maar een van zijn torens is op een onverantwoord avontuur gegaan. Allebei zijn torens staan nu aangevallen en de boel lijkt hopeloos verloren. Is er nog redding mogelijk? Of, in de woorden van wijlen Hendrik Pruijs: “Hoe nu de kool en de geit te sparen?”

De uitslag werd dus 3-1 voor En Passant. De Rivierenlanders konden ermee leven en waren blij toch nog met een puntje op zak naar huis te gaan. Voordat ze de reis van zowat een uur aanvaardden namen ze nog even een lekker biertje.

En dan nu de oplossingen!

Kampstra – Vedder:

Gijs Huijgen maakte ergens een opmerking over mijn snelle spel. Inderdaad had ik oppegement een uur meer op de klok, maar dat betekent natuurlijk niet dat ik niet nadenk! Plannen maken kun je ook als de tegenstander nadenkt. In de diagramstelling dacht ik uiteraard na over ...h5. In soortgelijke stellingen het meest logische plan, maar hier had ik flink de kous op de kop kunnen krijgen. Na 40…h5? 41.Lxd4 Kxd4?? (hxg4 gaat nog, dan wordt het waarschijnlijk remise) 42.f6! gxf6 43.gxh5 staat wit ineens gewonnen! De zwarte koning staat wel in het vierkant, maar zijn pion op f6 staat vreselijk in de weg. Gelukkig was ik op mijn hoede en na 40…a5 41.Kd2 a4 gaf wit zich gewonnen.

Piotrowski – Kruimer

Zwart heeft geen gouden kans gemist. Kruimer had hem wel gezien, want na afloop vroeg ik hem er naar. Na 19…Pxe3 20.Tfe1 (fxe3 Dxe3+ gevolgd door Dxd3 had u natuurlijk gezien, maar dat zou een te primitief puzzeltje zijn) 20…Dd5 lijkt het erop of zwart zijn pion met succes heroverd heeft. Immers op 21.Dxd5 volgt Pxd5. Echter, Wim Kruimer wees mij op 21.Le4! in plaats van Dxd5, waarna wit groot voordeel behoudt. De conclusie is dan ook dat zijn 14…c5 al de beslissende fout was.

Reichardt – Veenhoff

Het enig juiste plan is 51.a4! Robin had dat al snel gezien. Er moet een extra zwakte gecreëerd worden en dus moet die pion door naar a5 waarna het allemaal niet moeilijk meer is. Iets als 51.b4? had de winst meteen weggegooid. Zwart ruilt met plezier en is een potentiele zwakte kwijt.

Straaten – De Graaf

Dick koos in de partij voor 46…Tg2+ en na nog een paar schaakjes stond hij totaal verloren. Een ander schaakje was interessanter, namelijk 46… Tf1+! Slaat wit met de toren, dan raapt zwart Td7 op. Wit moet dus slaan met de koning: 47.Kf1 Db5+. Daarmee lijkt zwart toren d7 te veroveren en ik sluit niet uit dat dit in de uitvluggerfase zomaar gebeurd zou zijn. Echter, met voldoende bedenktijd had wit wellicht 48.Td7-d3 nog gevonden. Die toren staat gepend, dus zwart heeft tijd om zijn eigen toren weg te spelen. 48…Te8 moet, want na 48…Tc7 is 49.Dd8 dodelijk. Na 48…Te8 heeft wit 49.La4! Na 49…Dxa4 50.Td7+ Kg8 had wit dan in tijdnood 51.Df6! moeten vinden. Dan had zwart met 51…Da6+ kunnen afwikkelen naar een vermoedelijk verloren eindspel, maar nog wel met tegenkansen gezien die twee pluspionnen in het centrum. Zeker gezien het feit dat beide spelers het met 10 seconden per zet moesten doen.

Richard Vedder

Onderstaand de volledige partijen: