SGS Beker: Exit tegen Baarn

2015-12-05

Index  < Vorige  Volgende >

Deze vrijdag 4 december mocht En Passant voor de SGS-beker aantreden tegen Baarn. De landskampioen van 2014 tegen de (SGS-)bekerwinnaar van 2014. Op het spel stond helaas geen Johan Cruijff-schaal of iets dergelijks, alleen het recht om in ronde 2 een bezoekje aan De Rode Loper of TRIO te mogen brengen.

Mocht de bekerwinst van Baarn nog niet genoeg zeggen, dan was er weinig voorbereiding nodig om erachter te komen dat we waarschijnlijk geen favoriet waren. “Oeps, zijn ze zo sterk?”, was de letterlijke reactie van Jan-Matthijs van Leeuwen, toen ik hem mailde wie onze mogelijke tegenstanders waren. Baarn kwam inderdaad op met zo ongeveer het sterkst mogelijke team, met drie 2000+-spelers. Bij ons was dat lastiger, want wie zitten er eigenlijk in ons sterkst mogelijke team? De Kaaieman uiteraard, maar dan? De aangewezen teamleider Jan-Matthijs moest ook nog rekening houden met andere bekerverplichtingen en selecteerde twee bekerdebutanten, te weten Robin Reichardt en de ondergetekende.

De opstellingen:

En Passant

Baarn

Robin Reichardt (1809)

Pascal Losekoot (2114, wit)

Dick de Graaf (2161, wit)

Ashley Krishnasing (2099)

Jasper Reichardt (1858)

Yme Brantjes (2027, wit)

Jan-Matthijs van Leeuwen (1884, wit)

David Knight (1887)

Het plan leek duidelijk: met wit winnen, met zwart niet verliezen. Dat klinkt toch simpel, niet?

Op het bord van Jan-Matthijs ging als eerste de fik erin. Al in de opening offerde hij een pion, waarvoor hij wel wat compensatie had in de vorm van een onveilig staande zwarte koning. In onderstaande stelling heeft zwart nog wat olie op het vuur gegooid door zojuist f7-f5 te spelen. Een regelrechte provocatie, als je het mij vraagt. “Pak me dan!”, zegt Le7 tegen de toren. Maar…. is het goed? En is er een alternatief?

Jan-Matthijs van Leeuwen - David Knight, stelling na 13...f5

1-0 achter dus en op de overige borden was het beeld niet al te best. Ondergetekende kreeg een variant op het bord die’s middags in de trein was voorbereid, of nou ja, eigenlijk niet. In mijn boekje werd de door Yme gespeelde zet neergezet als een onbeduidende zijvariant, met het commentaar “this is really harmless” en een enkel partijtje van Kramnik. Daar besteedde ik dus geen aandacht aan. De partij, alsook het feit dat een ander (nieuwer, beter, dikker) boek hier drie hoofdstukken aan wijdt, toont wel aan dat het allemaal niet zo “harmless” is.

Met details ga ik u niet vermoeien, het wordt al gauw pagina’s analysewerk waar niemand lol van heeft, behalve mijn toekomstige tegenstanders. Laat ik het erop houden dat mijn onbedoelde afwijking van de geadviseerde theorie welgeteld 12x geprobeerd is, met de schamele score van 2 uit 12 voor zwart. Maar… en dat is dan toch weer leuk, de enige winstpartij (voor zwart) in mijn database staat op naam van de topscorer van de Meesterklasse van 2014-2015!

We komen erin bij het moment dat het de verkeerde kant op begint te gaan:

Bij 2-0 achter was het wel duidelijk dat de zaak erg lastig was. Dick had een ingewikkelde Dick-stelling, ongeacht het objectieve oordeel hadden we daar wel vertrouwen in. Robin was ook goed bezig, maar of hij kon winnen…? Zijn partij begon langzaam, met veel denkwerk en gemanoeuvreer. Vervolgens knipperden de toeschouwers even met hun ogen en plots was het hele bord leeg, op twee koningen, twee torens en een sloot pionnen na. Robin was het eindspel ingegaan waarbij hij volgens mij wilde spelen op zijn vrije – maar ook geïsoleerde – d-pion. Dat bleek tegen te vallen, wit had het makkelijkste van het spel. Normaliter zou je proberen zo’n eindspel naar remise te keepen, maar nu moest Robin dus eigenlijk winnen. Een schier onmogelijke opgave:

Blijft over het spektakelstuk van de avond: de partij van de Kaaieman, die met wit het Frans mocht aanpakken. Terwijl Dicks stukken zich samenbalden rondom de niet-gerokeerde maar toch op g7 belande zwarte koning, werkte zwart aan een doorbraak op de damevleugel. Na 28 zetten bereikten ze de volgende kritieke stelling, met wit aan zet. Wat te doen? Pxf7 ligt voor de hand, maar is het goed? En stel dat wit hier Pxf7 doet, wat moet zwart dan doen? Pxf7, Kxf7 of wat anders?

Dick de Graaf - Ashley Krishnasing, stelling na 28...Ta3

Het restant van de partij is me veel te ingewikkeld om zelf te analyseren, zelfs met vele uren analysewerk zou ik maar de helft weten te vinden. Met veel hulp van de computer heb ik geprobeerd wat varianten boven de tafel te toveren. Ashley had hier nog zo’n 20 minuten om vele moeilijke verdedigingszetten te moeten vinden, Dick (die met een tijdsachterstand was begonnen) moest het met een minuut of 5 doen.  Dat er over en weer van alles gemist wordt, lijkt me volstrekt logisch, het blijft tenslotte mensenwerk. Wel een mooi stukje werk, met sowieso de complimenten voor beide spelers voor het vertoonde spektakel. Kijk zelf maar:

En Passant

Baarn

1-3

Robin Reichardt

Pascal Losekoot (wit)

0-1

Dick de Graaf (wit)

Ashley Krishnasing

1-0

Jasper Reichardt

Yme Brantjes (wit)

0-1

Jan-Matthijs van Leeuwen (wit)

David Knight

0-1

De uitslag spreekt boekdelen, we kunnen absoluut niet zeggen dat de Baarnaars er iets van gestolen hebben. Misschien had Robin – als hij niet op winst had hoeven spelen – andere keuzes gemaakt en een halfje gescoord, maar op bord 2 "had het ook anders kunnen aflopen", zogezegd. Gelukkig komt er dit seizoen nog een kans op revanche en wel op op 3 juni 2016. Dan houden we een massakamp EP - Baarn, dus met zoveel mogelijk Passanters tegen zoveel mogelijk Baarnaars. Alhoewel, op die dag is ook de SGS-bekerfinale, zag ik zojuist. Het zou me niet erg verbazen als Baarn bij de massakamp de vier sterkste spelers moet missen...

 

Jasper Reichardt